Houdt de haartjes tussen de kussentjes kort. Dit voorkomt dat er sneeuw tussen blijft plakken.
Mocht uw hond toch mank gaan lopen tijdens een wandeling in de sneeuw, controleer dan even of hij geen bevroren stukjes sneeuw tussen z'n tenen heeft zitten. Zo ja, dit verwijderen en de wandeling kan weer worden voortgezet.
In de winter wordt er veel pekel gestrooid op de wegen en fietspaden. U kunt de voetzooltjes van uw hond hiertegen het beste beschermen door ze thuis al in te smeren met vaseline. Er is ook een speciaal smeerseltje bij de dierenspeciaalzaak te krijgen, maar vaseline volstaat ook.
Bij thuiskomst de pootjes goed afdrogen, ook tussen de tenen. Evt. voor het afdrogen de poten even afspoelen in een bakje lauw water. Bij sneeuw ook na de wandeling controle op bevroren stukjes sneeuw.
Laat honden geen sneeuw eten, dit is slecht voor de maag. Bij grote rassen die toch al gevoelig zijn voor een maagkanteling kan het eten van sneeuw deze zelfs veroorzaken. Ook kunnen honden van het eten van sneeuw diaree krijgen.
Ga nooit met uw hond op het ijs. Een hond heeft er namelijk geen idee van of het ijs veilig of onveilig is. Went u uw hond eraan om op het ijs te lopen, dan zal hij dit ook doen als de dooi heeft ingezet, met allerlei mogelijke vervelende gevolgen.
Bovendien kan uw hond op het gladde ijs lelijk in een spagaat gaan en zich ernstig blesseren, niet doen dus!
Overdrijf niet met de wandeling, ook niet in een mooi winterlandschap. Houd rekening met de leeftijd en de conditie van uw hond.
Droog de hond goed af na de wandeling en zorg dat hij op een droge, tochtvrije plaats nog heerlijk kan nagenieten.
